Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide Saul tot zijn wapendrager: Trek uw zwaard uit, en doorsteek mij daarmede, dat misschien deze onbesnedenen niet komen, en mij doorsteken, en [6]met mij den spot drijven. Maar zijn wapendrager wilde niet, want hij vreesde zeer. Toen nam Saul het zwaard, en [7]viel daarin. 6. Te weten, wanneer zij, mij gevangen krijgende, mij allen schimp en hoon zouden aandoen, en zouden mij dan nog eindelijk een smadelijken dood doen sterven. De Filistijnen, Saul niet levend kunnen krijgen, hebben zijn dood lichaam veel smaadheid aangedaan, onder vs.9,10. 7. Dat is, hij doorstak zichzelven, alzo ook vs.5.